Minder maaien voor een grotere natuurwaarde

Geplaatst op: 6 april 2020
Geplaatst op: 6 april 2020

Om de natuur meer de ruimte te geven is besloten om in het voorjaar het gras minder vaak te maaien op een groot aantal stukken in de gemeente Haarlem. Het collegebesluit is terug te vinden op de website van Gemeente Haarlem. Door minder te maaien kunnen andere plantensoorten groeien en bloeien, waar weer vlinders, bijen, andere insecten en uiteindelijk ook de vogels van profiteren. De gemeente Haarlem werkt samen met Spaarnelanden aan de omvorming van het groen. Doel is het streven naar meer diversiteit in het groen met een grotere natuurwaarde.

Minder maaien
In 2019 is Spaarnelanden al begonnen met het minder maaien als proef. Afgelopen jaar is ongeveer 30% van de gazons in Haarlem 4 weken later dan normaal gemaaid. In 2020 zal dit ongeveer 50% van de gazons zijn. Daarnaast zullen deze andere delen gelijk worden omgevormd naar een ‘natuurlijk beheer’. Dit betekent dat er maar 2 keer per maaiseizoen wordt gemaaid (eind juni en rond half september). Deze periodes zijn wel afhankelijk van het weer en de ontwikkeling van het gras.

Ontwikkeling tot bloemrijk gras
Door het gras minder vaak te maaien en het maaisel af te voeren, kan heel geleidelijk de natuur zich gaan ontwikkelen naar meer bloemrijk langgras. Dit is wel een geleidelijk proces. In eerste instantie start de omvorming met het licht loshalen van de bovenlaag van het grasveld, dus alleen bij de gazons die gaan veranderen. Een aantal van deze om te vormen gazons zullen na bewerking pleksgewijs worden ingezaaid met een weidebloemenmengsel. Vervolgens laat Spaarnelanden het gras groeien en wordt het nog 2 keer per jaar gemaaid.

Meer variatie
Tijdens dit veranderingsproces gaan er langzaam andere plantensoorten groeien. Door het minder vaak maaien van een groot aantal gazons zal er meer variatie ontstaan, dit is weer goed voor de ontwikkeling van de natuur. En omdat er nu al een groot deel van de gazonnen – voornamelijk op industrieterreinen – zo wordt beheerd, zullen er weer verschillende stadia ontstaan in de ontwikkeling van de graslocaties naar bloemrijk gras.

Kaart
Op de kaart onderaan de pagina is te zien welke gebieden voortaan ecologisch gemaaid worden.

Vragen
Onderaan deze pagina staat een lijst met veelgestelde vragen. Voor overige vragen kunnen inwoners terecht bij de stadsecoloog van Haarlem, Sjoerd Andela, te bereiken via sandela@haarlem.nl.

FAQ

Bij het herzien van het maaibeleid in de gemeente Haarlem zal er stapsgewijs worden gewerkt. De eerste stap die is gemaakt, is het omvormen van gazons (korte gras) naar lang gras voor een groot aantal stukken. Deze stukken zullen de komende weken licht bewerkt worden om de bovengrond los te halen zodat de kans op het ontkiemen van nieuw aangebracht bloemzaad groter wordt.

Er is een kaart beschikbaar boven de FAQ. Op deze kaart staan alle stukken gras die veranderen in het maaibeheer. Ziet u het stukje gras bij u in de buurt er niet op staan, dan zal er niets veranderen.

Het kan zijn dat bij u in de omgeving een stuk gras wordt omgevormd. Dat betekent u de maaimachine nog maar 1 of 2 keer per jaar zult zien. Er zal ook op een ander manier gemaaid worden en het gemaaide gras zal voor het grootste gedeelte gelijk worden afgevoerd. Ook zal er rondom de bomen niet meer worden gemaaid, er zal daar altijd wat gras blijven staan.

Er wordt op een andere manier en veel minder gemaaid, de maaimachine die voor het langere gras nodig is groter omdat het gras ook wordt afgevoerd. Het wordt nu maar maximaal 2 keer per jaar gemaaid op deze stukken. Zo kunnen langzaam andere plantensoorten groeien, waar bijvoorbeeld bijen en vlinders op afkomen.

In Haarlem zijn verschillende soorten gras. Deze soorten hebben allemaal een verschillend doel; op de ene plek zal een korte grasmat liggen voor recreatie, het voetballen en spelen door kinderen. Op een ander stuk zal het gras langer worden gelaten om hier meer ruimte te maken voor de natuur. Hoe vaak en wanneer het gras gemaaid wordt hangt dus af van het gebruiksdoel en het gewenste beeld. Op plekken waar gekozen is voor een meer natuurlijke ontwikkeling wordt 1 of 2 keer per jaar gemaaid en wordt al het maaisel afgevoerd. Hierdoor krijgen veldbloemen de kans om te groeien en te bloeien. Bovendien worden ze niet verdrongen door het gras en zorgt het voor een meer natuurlijk beeld. Daarnaast wordende stukken die kort moeten gewoon maaien met een hogere frequentie (ongeveer 20 keer per jaar).

U kunt uw hond gewoon uitlaten op de plaatsen die daarvoor zijn aangewezen. In Haarlem zijn diverse locaties waar bij het aangewezen hondenuitlaatgebied nu kort gras is, maar dat kan veranderen. Op de kaart is dat aangegeven. Ook zijn er gebieden waar al lang gras is en dit zal zo blijven.

Wel zullen we streven om langs de wegen een strook kort gras te houden. Dit geldt voor de stukken die  de kaart staan om te worden omgevormd naar lang gras. Dat betekent dat de honden op dit korte gras gewoon kunnen worden uitgelaten, terwijl iets verderop de natuur zijn gang kan gaan.

Teken komen in het hele land voor, in bos, park, duinen, maar ook in uw tuin. De teken zitten in de buurt van bomen of struiken, in hoog gras of tussen dode bladeren. In hoog gras is de kans groter dat er teken zitten. Controleer u zelf en uw huisdier op aanwezigheid van teken als u in het groen bent geweest.

In het lange gras zitten ook meer grasaren, dat komt omdat gras nu kan uitgroeien en bloeien en zaad vormen. Voor de natuur heel mooi, maar voor honden lastig. Deze aren kruipen in de vacht en zijn lastig te verwijderen. Kijk na het wandelen even de hond na op deze aren en verwijder ze, in het bijzonder de oren, neus en tussen de tenen. Preventief kunt u het beste de hond gewoon op de uitlaatplaats uitlaten waar kort gemaaid gras staat.

In eerste instantie wordt er voor 2020 met dit uitvoeringsplan gewerkt. Het zal door de stadsecoloog worden geëvalueerd. Wat wel heel belangrijk is dat we uiteindelijk streven naar bestendig beheer (meerdere jaren zelfde beheer), dit is nodig om het beste resultaat te behalen en de natuur de tijd te geven zich te herstellen en aan te passen aan de nieuwe omstandigheden. Uit waarnemingen en metingen is gebleken dat dit uiteindelijk na zo’n 5 jaar het beste resultaat geeft.