Hout met een verhaal
In Haarlem en Zandvoort komt ieder jaar een grote hoeveelheid bruikbaar hout vrij van bomen die vanwege veiligheid, ouderdom, ziekte of herinrichting moeten worden gekapt. De ambitie is om dit hout zo hoogwaardig en lokaal mogelijk te verwerken via de Circulaire Houtketen die Spaarnelanden eind 2023 opstartte. Een hele uitdaging, zo blijkt uit een rondgang houtpioniers die zijn aangesloten bij de keten.
De Circulaire Houtketen wordt getrokken door Spaarnelanden en Stichting Stadsgarage en komt voort uit de ambitie van de gemeente dat hout van gekapte stadsbomen beschikbaar moet komen voor bewoners en bedrijven in de regio. In de keten werken Spaarnelanden, de gemeente en lokale partners samen om het hout een zo hoogwaardig en duurzaam mogelijke bestemming te geven. Bij lokale partners kun je denken aan bedrijven in de houtverwerkende industrie zoals drogerijen, zagerijen, meubelmakers, architecten en aannemers. Met 40 partners is een marktverkenning gedaan en van gedachten gewisseld over hoe de keten vorm kan krijgen. Ook zijn er concrete stappen gezet met de eerste partijen stadshout. Inmiddels is de interesse gegroeid naar 70 geïnteresseerden. We bezochten drie voorbeelden.
De houtketen in de praktijk
Juan Nibbelink is – naast architect – circulair ontwerper bij het Haarlemse circulaire makerscollectief ‘Enz- Remake‘. Ook maakt hij onderdeel uit van Stichting het Groene Raadhuis, gevestigd in de Kweektuin n Haarlem. Iedere vrijdagmiddag geeft hij, samen met andere experts, gratis advies over duurzame oplossingen voor met name woningen. Samen met andere circulaire makers heeft Juan zich aangesloten bij de Circulaire Haarlemse Houtketen omdat het gebruik van Haarlemse stadshout volgens hem zeker hoort bij de lokale circulaire maakindustrie. En dat laat hij zien in zijn eigen beroepspraktijk: verschillende meubels, zoals stamtafels en kapstokken, past hij toe in verschillende projecten, waaronder de circulaire herinrichting van de bedrijfskantine van Spaarnelanden.
Stadshout kan, volgens Juan, voor architecten en makers een interessant bouwmateriaal zijn: “Houtbouw is enorm in opkomst. Hoewel hout uit de stad anders toepasbaar is dan productiehout kan het een mooie aanvulling zijn. Architecten zijn veelal geen continue afnemer, maar bestellen hout voor projecten. Dat sluit goed aan bij een systeem waarbij partijen inschrijven op de kaplijsten. Nadat die zijn goedgekeurd duurt het een tijd voordat het hout gekapt, verzaagd en gedroogd is. Dat kan prima werken voor architecten: de doorlooptijden van projecten zijn lang, en architecten zijn gewend om lang van tevoren hun materiaal te bestellen. En vergeet ook niet de gezondheidsvoordelen van (lokaal) echt hout in de bouw en interieur”.
Stadshout versus productiehout
Diederik de Jong is houthandelaar en geeft cursussen in Haarlem houtbewerking en meubelmaken. Hij werkt samen met andere partijen, om ruw hout van bedrijven zoals Hoeksch Hout te verwerken tot geschaafd hout dat kan worden verwerkt in bijvoorbeeld meubels. Voor de cursus kocht hij een aantal planken Haarlems stadshout.
Het natuurlijke hout uit Haarlem is anders dan hout uit productiebossen. In productiebossen worden lage takken regelmatig verwijderd, waardoor er minder knoesten vormen. Daarnaast krijgt productiehout langere tijd om te drogen. Stadshout heeft meer karakter: doordat takken langer hebben gegroeid heeft het meer knoesten en kan er meer spanning in het hout zitten. Dit zijn zaken waar rekening mee moet worden gehouden bij het verwerken tot planken of eindproducten zoals meubels. En het kan er toe leiden dat onderaan de streep een kleiner deel van elke stam bruikbaar is voor planken. Het restant eindigt als houtsnippers. Het streven is een zo hoogwaardig mogelijk gebruik van hout. Maar ook voor houtsnippers wordt binnen de keten bestemmingen gezocht: substraat voor de kweek van oesterzwammen, bedekking van speelplaatsen en op wandelpaden of compostering.
Bij de cursussen die Diederik geeft is het hout uit de stad erg gewild: het idee dat een meubel is gemaakt van een lokale boom spreekt de mensen aan. Cursist Bernhard waardeert daarnaast de grillen van het stadshout: het heeft een mooie, wat wildere tekening. Hij maakt van een stuk hout een kastje voor in de gang om schoenen in te op te bergen. Met zorg schaaft hij mootjes hout om ze daarna te verlijmen tot een kaarsrechte plank.
Lokaal en duurzaam
Het doel van het netwerk is om hout zoveel mogelijk lokaal te verwerken. Sommige onderdelen van de keten zijn echter niet in Haarlem of Zandvoort te vinden. Daarom wordt er ook gekeken naar mogelijkheden buiten de gemeentegrenzen. Martijn Trouwborst, oprichter van Hoeksch Hout, een hout en meubelmaker vlak bij Dordrecht, is een actieve deelnemer in de keten. Duurzaamheid zit in het DNA van het bedrijf, daarom investeren ze een deel van hun inkomsten in nieuwe aanplant van bomen.
De deelname van Hoeksch Hout brengt veel waarde voor het netwerk. Veel van hun opdrachten zijn maatwerk, vaak met specifieke partijen hout, waaronder stadshout. Met hun ervaring in de regio Rotterdam, waar vergelijkbare netwerken bestaan, brengt Martijn waardevolle adviezen in bij bijeenkomsten. “Zorg voor een goed registratiesysteem zodat alles goed inzichtelijk is. Deelnemers hebben dan overzicht van welke grondstoffen er voorhanden zijn, en de herkomst van het hout is dan te traceren van boom tot eindproduct” zegt Martijn. “En: focus op goede samenwerking en een kartrekker die de keten aanjaagt. Zonder dat loopt de energie eruit en blijven er uiteindelijk een paar enthousiastelingen over. Dat is leuk, maar niet voldoende om de keten in te bedden in het lokaal ondernemerschap en bulkhoeveelheden stadshout te verwerken.”
Bij Hoeksch hout ligt een partij Haarlemse iepen, populieren en kastanjes klaar. Samen met Spaarnelanden en Amsterdams Fijnhout inventariseren ze wat mogelijke bestemmingen zijn en de benodigde zaagdiktes. Binnenkort gaan ze daarmee van start.
En nu verder
We zijn gestart in december 2023 en kijken met trots terug op de eerste stappen die zijn gezet. De volgende fase is om te starten met een bredere aanpak: aan de slag met circa 300 bomen die op de recent vastgestelde kaplijst staan. Deelnemers aan de keten kunnen inschrijven op het hout dat in het najaar gekapt gaat worden. Spaarnelanden en Stichting Stadsgarage faciliteren dit proces. Maar het zijn de partners die bepalen waar het hout uiteindelijk heen gaat en die de keten gaan vormen én vormgeven.
We staan voor grote uitdagingen, maar zien ook volop kansen. Het benutten van stadshout is nieuw terrein dat we verkennen door te leren door te doen. We nodigen ondernemers van harte uit om zich aan te sluiten en mee te denken over hoe we stadshout nieuw leven kunnen geven.